Overal staan de planten nu prachtig paars te bloeien; de Hondsdraf (Glechoma hederacea). Het is een overblijvende, kruipende plant, die bij de lipbloemigen hoort. Die soort herken je doordat aan de onderkant van het kleine bloemetje een lipje zit. Ook opvallend is dat deze plant een vierkante stengel heeft!

Hondsdraf is een van die dankbare planten die het op elke plek, beetje vochtige plek, goed doet. De plant vormt lange ranken die je bodem mooi bedekken, maar die je ook makkelijk weer weghaalt als de plant je te groot wordt. Een hele fijne bodembedekker. Op plekken waar veel zon komt, blijven de blaadjes en de uitlopers wat kleiner. 
Er zijn veel soorten bijen die op deze bloemen vliegen.

Gebruik:
Het blad ruikt kruidig en de geur valt meteen op als je het blad aanraakt.
De jonge blaadjes smaken kruidig, beetje muntachtig en zijn lekker om thee van te zetten. Thee van hondsdraf is rijk aan vitamine C en is lekker om te mengen met andere kruiden. Voor een kopje thee gebruik je een theelepel verse of gedroogde bladeren. Ook kan je het kruid in koud water trekken, bijvoorbeeld in combinatie met citroenmelisse en goudsbloem.
Je kunt de blaadjes het hele jaar door gebruiken. Ook in milde winters kun je hondsdraf nog vinden en gebruiken.

Verse blaadjes hondsdraf geven een heerlijk aroma aan soepen en sla. Jonge blaadjes kan je ook als spinazie eten. Eet er niet  meer dan 50 gram per keer van.
Ook in soepen, omelet en stamppot is het kruid lekker.

De bladeren helpen tegen jeuk van onder andere de brandnetel. Beide soorten planten vind je dan ook vaak naast elkaar.
In de middeleeuwen werd de plant gebruikt voor het behandelen van wonden en volgens de overlevering ook om bier mee te brouwen.

Tip:
Wil je een hondsdrafplantje in je tuin? Speur dan even om je heen in de natuur en je zult zo een klein plantje kunnen vinden om mee te nemen. Succes verzekerd.