We kennen in Nederland 2 soorten winterpostelei: de witte en de roze bloeiende. De plant is goed bestand tegen vorst en daardoor kun je vroeg in het voorjaar de lekkere blaadjes al eten. Ze zitten stampvol vit. C, calcium, magnesium etc.
De pastinaak is eenvoudig te telen. Haar witte wortels zijn smaakvol in veel gerechten De bloemen en zaden zijn een aanwinst voor je tuin.
De Oost-Indische kers is een lekker, mooie en zeer bruikbare plant voor in je ‘tuin om op te eten’. Alles van deze plant is te gebruiken.
Peterselie is een lekker en gezond kruid wat gebruikt kan worden in warme en koude gerechten. Lukt het de zaden te laten kiemen dan heb je een plant in de tuin die zichzelf zal uitzaaien. Laat de plant het 2e jaar in zaad schieten. De schermbloemen trekken veel insecten in de zomer. De zaden zijn talrijk en zullen voor opvolging zorgen.
De indianenaardappel is een prachtig bloeiende klimplant. Ze bloeit in het najaar en is een sierraad in je tuin. Ze geeft eetbare knollen eens in de 2 a 3 jaar.
Sla staat in veel tuinen waar zelf voedsel geteeld wordt. De eerste slaplantjes kunnen begin maart al in de grond, de laatste in september.
Over knolvenkel, wanneer zaai je het, over de planten en het oogsten en natuurlijk als sierraad in je tuin.
Op de perma-tuin hebben een aantal jaren druiven. Als we ze goed verzorgen kunnen we 30 kilo druiven oogsten. Maar daar moeten we wel wat voor doen. Wat we leerden delen we in dit bericht.
In mei staat de hondsdraf overal prachtig paars te bloeien. Het is een overblijvende, kruipende plant, die bij de lipbloemigen hoort. Herkenbaar aan het lipje aan de onderkant van de bloem met een opvallende vierkante stengel.