Raapsteel of raapstelen is een van de vergeten groenten die smakelijk en lekker zijn om zelf in je (moes)tuin te kweken. Het is een koolsoort zoals de beginnaam Brassica al verklapt. De meest bekende soort is de Brassica rapa, maar er zijn ook andere soorten zoals; de Blauwe groninger, Namenia en Mizuna. Raapstelen zijn oorspronkelijk eigenlijk de jonge plantjes van meirapen/chinese kool/ koolrapen.
Het is een makkelijk te telen groente, die je op veel verschillende manieren kunt eten.

Zaaien:
Voorzaaien doe je niet bij raapstelen. Zaai meteen in de volle grond. Je kunt ze op meerdere momenten in het jaar zaaien. Meteen in februari in de kas, als je die hebt en vanaf maart buiten. Zaai in losse grond, op rijen met een onderlinge afstand van 25 cm. De planten hebben graag wat zon op hun bladeren. Je kunt  tot eind augustus doorgaan met af en toe een rijtje zaaien. Je oogst ongeveer na 10 weken mooie raapstelen.
Op de Perma-tuin eten we het jaar rond raapstelen, omdat ze een paar graden vorst kunnen hebben en je er dus ook in de winter van kunt blijven oogsten.
Bij strenge vorst blijven meestal de wortels van vorig jaar wel in tact en die maken al snel weer jong, mals blad, zodra de temperaturen oplopen. Zo heb je al snel lekker vers groen op je bord. Je oogst de bladeren als ze ongeveer 30 cm groot zijn.

Zaden oogsten
In april/mei maakt de oude plant, van het vorige jaar, gele bloemen. Als je 1 plant laat staan, kun je de zaden opvangen.
Als de zaaddozen geel/bruinig worden, pluk ze er dan af aan de stelen, hang ze op de kop en droog ze verder aan de lucht. Het is verstandig om er een oud sloop of zak om heen te doen om het zaad op te vangen.

Gebruik en smaak
De raapsteel eet je met steel en al, rauw of gekookt. Het smaakt licht pittig en een beetje naar spinazie. Je kunt het ook op dezelfde manier klaarmaken. Het is ook lekker, fijn gesneden in de salade of gebruik het in plaats van rauwe andijvie in een stamppotje.
Hier vind je leuke recepten.